Wat zijn wij volwassenen toch moeilijk. Nooit gelukkig, hebben altijd zorgen, willen altijd méér geld, telkens méér liefde en onbeperkt méér geluk. Geen wonder dat we altijd terugverlangen naar onze zorgeloze kindertijd. Wat waren we toen blij met weinig.
Een kinderhand is gauw gevuld zegt men. En men kan het weten. Want men is ook kind geweest. Misschien wel in de tijd dat de legendarische Slinky helemaal dé shit was voor de koters. Gewoon een springveer. Hup, boven aan de trap zetten, een klein zetje geven, en dat wordt gieren van het lachen geblazen. En dat dan 50 keer op een middag.
Zo’n geweldig product heeft eigenlijk geen reclame nodig; 300 miljoen stuks verkocht, and still counting. Maar als het deuntje van je commercials ook nog eens de langstlopende jingle wordt uit de reclamegeschiedenis, zit je wel effe fucking geramd met je stukje speelgoed.
Slinky in 1966