We leven in een wereld met een ongekende hoeveelheid levensvormen, wordt gezegd. Veelal door mensen met een schrijnend gebrek aan vergelijkingsmateriaal. Dat is niet langer erg. Want nu is er: Het Roze Olifantje. Een blog over reclame dat afleidt van het geouwehoer over de variëteit aan soorten. Een blog bovendien dat een overzichtelijk aantal wezens telt. Zeven.
De Rode Hond. Gangmaker, pionier, hond. Studeerde epidemiologie aan de universiteit van Maastricht. Werkt aanstekelijk. Door hem gaan drommen mensen van reclame houden. Van mond-tot-mondreclame en de viral tot een fenomeen als brand activation en spraakmakende campagnes, zoals die waarbij vrouwen in cocktailjurken worden ingezet.
De Bruine Beer. Een vat vol tegenstrijdigheden. Liefhebber van slechte reclame. Ajacied met een positief zelfbeeld. Doelloos met een reden.
De Gouden Leeuw. De shiner van het geheel. Fan van goed reclamewerk en schoonheid. Is in het bezit van een vrouw van wie hij eveneens fan is. Over haar zei hij ooit: “Ze is een slachtoffer harer schoonheid. Ze doet niks, kan niks, hoeft niks te kunnen, krijgt alles toch in de schoot geworpen. Maar wát voor schoot.”
Het Zwarte Schaap. Met een vacht zo zwart als een maanloze middernacht, is hij een schaduw in het donker. Omdat hij overdag moet werken, trekt hij er ’s nachts op uit. Slapen doet hij zo min mogelijk. Van reclame snapt hij geen reet. Verder bestaan er niks dan indianenverhalen over Het Zwarte Schaap.
De Paarse Krokodil. Voormalig vaandrig-ter-zee. Dief van het zevende knoopsgat. Schaamteloos piraat. Mag graag vertellen over diefstal in het reclamevak. Steelt als een raaf. Motto: beter goed gejat
De Grijze Muis. Gedraagt zich zo gewoon mogelijk, zodat hij in zijn werk verrassend kan zijn. Zijn werk: zo veel mogelijk klassiekers kennen en erover berichten. Met de inmiddels millennialange wereldgeschiedenis is dat een dagtaak voor een muis als hij.
De Witte Geit. Duider van onverklaarbaar, welhaast buitenaards ogend werk. De Witte Geit verliest zich erin. Raakt er niet over uitgesproken. De gedachten gaan uit naar de familie.
